Protesten tegen brandstofprijsverhogingen vorig jaar liepen al snel uit op het dodelijkste politieke geweld in de geschiedenis van het olierijke Kazachstan, waarbij 238 mensen omkwamen in botsingen en lokale overheidsgebouwen in verschillende steden werden aangevallen.

Karim Masimov, 57, een voormalige premier die destijds aan het hoofd stond van de staatsveiligheid, werd ervan beschuldigd deel uit te maken van de leiders van een groep die de staatsgreep beraamde, hoewel de Kazachse autoriteiten niet hebben gezegd wie de uiteindelijke president zou worden.

Het proces van Masimov vond achter gesloten deuren plaats en het was niet duidelijk of hij schuldig had gepleit.

Een aantal andere functionarissen, waaronder de toenmalige minister van Defensie van Kazachstan, zijn berecht wegens nalatigheid of sabotage van het werk van de veiligheidstroepen tijdens de onrust van 2022.

De Kazachse president Kassym-Jomart Tokayev en de Russische president Vladimir Poetin hebben beide de onrust omschreven als een door het buitenland gesteunde terroristische opstand. Poetin stuurde troepen om de orde te herstellen in de grote Centraal-Aziatische natie die aan Rusland grenst.

Masimov was vroeger een naaste medewerker van de Kazachse oud-leider Nursultan Nazarbayev, die in 2019 aftrad.