De VS en Indonesië hebben aangedrongen op de oprichting van een dergelijk fonds om de wereld beter voor te bereiden op toekomstige pandemieën, maar anderen waren bezorgd dat het fonds de Wereldgezondheidsorganisatie of andere wereldwijde gezondheidsmechanismen zou kunnen verzwakken.

In een verklaring die Indonesië, voorzitter van de G20, na afloop van de vergaderingen van de ministers van Financiën in Washington deze week heeft uitgegeven, wordt echter bevestigd dat de G20 "een consensus" heeft bereikt over de oprichting van een nieuw fonds om wat zij noemt het financieringstekort voor de paraatheid voor, de preventie van en het optreden bij pandemieën aan te pakken.

De meest doeltreffende optie zou een bij de Wereldbank ondergebracht financieel bemiddelingsfonds zijn, en het is de bedoeling de details tegen de bijeenkomst van de ministers van Volksgezondheid van de G20 in juni af te ronden.

De WHO en de Wereldbank hebben eerder deze week het jaarlijkse tekort aan middelen voor de paraatheid bij pandemieën op 10,5 miljard dollar geraamd en een eventueel paraatheidsfonds zou over vijf jaar gefinancierd moeten worden, wat een vraag van 50 miljard dollar suggereert.

De G20 heeft echter geen bijzonderheden bekendgemaakt over de omvang van het nieuwe financiële bemiddelingsfonds, of het FIOV, of over de rol van de WHO daarin.

In haar aanbevelingen aan de G20 eerder deze week zei de WHO dat het "van cruciaal belang" was dat het fonds andere financiering van de volksgezondheid niet zou ondermijnen, en wees zij erop dat het belangrijk was dat de WHO een besluitvormende rol in het fonds zou hebben.

In een toespraak op woensdag zei David Malpass, president van de Wereldbank, dat er "groeiende steun" voor het fonds was en dat het orgaan met de WHO en andere partners zou samenwerken aan de oprichting ervan.