De Britse huizenprijzen zijn voor het eerst sinds juli 2021 niet op maandbasis gestegen, aldus hypotheekverstrekker Nationwide op vrijdag, een laatste teken van de vertraging van de markt als gevolg van de druk op de kosten van levensonderhoud en de stijgende rente.

De huizenprijzen bleven ongewijzigd ten opzichte van augustus en waren 9,5% hoger dan in september vorig jaar, waarmee de jaarlijkse meting voor het eerst sinds oktober vorig jaar geen procentuele stijging met dubbele cijfers liet zien, aldus Nationwide.

Economen gepolst door Reuters hadden een maandelijkse en jaarlijkse prijsstijging van respectievelijk 0,3% en 10,0% voorspeld.

De Britse huizenmarkt is afgekoeld na een hausse van het coronavirus nu de stijgende inflatie het consumentenbudget treft en de Bank of England de rente heeft verhoogd.

Robert Gardner, hoofdeconoom van Nationwide, zei dat de vertraging tot nu toe bescheiden is geweest en dat een tekort aan te koop staande woningen betekent dat de prijsgroei op jaarbasis stevig blijft.

"De tegenwind wordt echter steeds sterker, wat doet vermoeden dat de markt de komende maanden verder zal vertragen", aldus Gardner. "De hoge inflatie oefent een aanzienlijke druk uit op de gezinsbudgetten en het consumentenvertrouwen daalt tot een historisch dieptepunt." (Geschreven door William Schomberg; bewerkt door William James)