De gesprekken waren vooral gericht op het Supplemental Nutrition Assistance Program (SNAP), het federale voedselhulpprogramma dat meer dan 40 miljoen mensen bereikt, en Temporary Assistance for Needy Families (TANF), een in de tijd beperkt programma dat gezinnen met kinderen helpt wanneer ouders of andere familieleden niet in de basisbehoeften kunnen voorzien.