India: is het feest voorbij?

Nog niet zo lang geleden belichtten we in onze artikelen de goede gezondheid van de Indiase economie en prezen we de snelle opmars van haar belangrijkste beursindices. Met een groei van 9,1 % in 2021, 6,7 % in 2022, en van meer dan 7 % in 2023 en van 6 tot 8 % verwacht dit jaar, was India de beste leerling op het Aziatische continent.

Gedreven door recente politieke stabiliteit en een versterkte economische structuur (infrastructuur, industrie, bedrijfswinsten, demografie, adoptie van technologieën), zag het subcontinent zijn beurs naar nieuwe hoogten stijgen, en overtrof het bijvoorbeeld de marktkapitalisatie van de beurs van Hongkong.

Tussen 2013 en 2023 schommelde het jaarlijkse gemiddelde rendement van de NSE Nifty50, de index die de 50 belangrijkste kapitalisaties van het land omvat, rond de 15 % en de BSE Sensex30 won bijna 185 % tussen maart 2020 en maart 2024. Beide indices tartten de prestaties van de robuuste S&P500.

Sindsdien is Divali (het feest van de overwinning van het licht over de duisternis... in de beurswereld) voorbij. De kloof met de Amerikaanse index is groot: terwijl de S&P 500 flink heeft geprofiteerd van de hype rond de beloften van kunstmatige intelligentie, bleef de rol van India wat KI betreft beperkt tot die van leverancier van de technologische reuzen van Uncle Sam.

Sinds 1 januari hebben de nationale bank (SBI) en enkele bedrijven in de energiesector (Bharat Petroleum, Reliance, Power Grid Corp), de automobielsector (Tata, Mahindra, Maruti Suzuki) en de industriële sector (Tata Steel) goed gepresteerd.

Maar deze prestaties hebben de terugval van andere zwaargewichten in de toonaangevende index, zoals de bank- en financiële sector (Kotak Mahindra, Bajaj Finance, HDFC Bank), de technologiesector (HCL, Infosys), de fabrikanten van consumptiegoederen (Hindustan Unilever, ITC, Titan Limited) of de bouwsector (Larsen & Toubro), die elk tussen 2 % en 9 % van de Nifty uitmaken, niet kunnen compenseren.

Brazilië, somber begin van het jaar

Een soortgelijke constatering voor de Zuid-Amerikaanse reus. Met een groei van 5 % in 2021, bijna 3 % in 2022 en 3,1 % in 2023, heeft Brazilië zich goed hersteld van de pandemie.

Sinds de verkiezing van Lula eind 2022, bogen de beurzen van Sao Paulo zich op een relatieve voorspoed. Na een korte terugval aan het begin van 2023, winnen de IBOVESPA, de Brazil Broad Based Index en de IBRX50, die gelijktijdig evolueren, alle drie meer dan 30 % sinds maart 2023.

Ook hier is carnaval voorbij. De groei is vertraagd aan het begin van het jaar (en zou zich tussen 1,6 en 2 % moeten vestigen in het eerste semester), belast door de orthodoxie van de centrale bank, die haar richttarieven bijna een jaar lang op bijna 14 % heeft gehouden, om ze in april te verlagen naar 10,75 %. De inflatie, hoewel duidelijk afgenomen, schommelt nog steeds rond de 4,5 % op jaarbasis (na 8 % in 2021, 9 % in 2022 en 5 % in 2023).

Sinds januari zijn de bijdragers aan de beursprestaties, niet verrassend, de oliemaatschappijen (waaronder Petrobras, dat 10 % van de IBOVESPA-index vertegenwoordigt, en Vibra Energia) en enkele industriëlen (zoals Embraer, dat sterk profiteert van de heropleving van de wereldwijde defensie-uitgaven, of WEG).

Maar de waarden die de index naar beneden trekken zijn veel talrijker en omvatten enkele mastodonten in hun gelederen, zoals Vale (de mijnbouwer weegt 13 % van de index), de banken Banco Bradesco, Itausa en Itau Unibanco, of de brouwer Ambev.