(ABM FN) De Brusselse beurs noteerde donderdagochtend een lager na een eveneens lichtrode woensdag. Beleggers zijn wat voorzichtig nu zij geconfronteerd worden met stijgende inflatie en rentes.

De Bel20 index noteerde 0,5 procent in het rood op 4.241,33 punten.

Beleggers hadden woensdag vooral aandacht voor de Amerikaanse inflatie, die in december uitkwam op 7,0 procent, tegen 6,8 procent in november. Toch werden de beurzen niet van de wijs gebracht aangezien het cijfer niet nog erger was dan gevreesd.

Volgens Peter Vanden Houte, hoofdeconoom bij ING België zijn er wat inflatie betreft wel enkele verschillen tussen Europa en Amerika. “Het grootste verschil zit hem in de evolutie van de economische conjunctuur. Amerika zit pakweg een jaar verder waardoor die onderliggende inflatiespanningen hoger liggen. De kerninflatie bedraagt in Amerika al meer dan 5 procent maar in Europa is dat nog 2,6 procent. De energie-inflatie in Europa is dan weer belangrijker door de afhankelijkheid van Russisch gas. Die prijzen zijn hier vervijfvoudigd terwijl er in de Verenigde Staten vorig jaar 50 à 60 procent is bijgekomen. Amerika heeft immers haar eigen aanbod schaliegas. Verder zien we ook dat de looninflatie in Europa nog wat achterblijft op Amerika maar dat zal in de toekomst ook wel versnellen wanneer de werkloosheid daalt en de krapte op de arbeidsmarkt toeneemt.”

Volgens Vanden Houte vormen schalie-olie en schaliegas mogelijks een extra ondersteunende factor voor de dollar. “Het renteverschil tussen Europa en Amerika speelt in het voordeel van de dollar maar dit is eigenlijk, als we naar de markten kijken, wel al ingerekend. De euro/dollar kan misschien nog naar 1,10 bijvoorbeeld maar er zit al veel in de koers verwerkt. Op langere termijn kan de energiemarkt wel in het voordeel spelen van de dollar aangezien Amerika een zelfvoorzienend energieproducent aan het worden is. Als de prijzen hoog blijven is dat een structureel nadeel voor Europa en haar handelsbalans.”

Het muntpaar euro/dollar noteerde vanochtend op 1,1465. Voorafgaand aan de vrijgave van het Amerikaanse inflatiecijfer woensdag stond er nog een stand van 1,1375 op de borden.

De olieprijzen noteerden licht in het rood, na een stijging van 1,7 procent naar 82,64 dollar per vat woensdagavond in New York.

Nieuwe maatregelen in China om de omikronvariant van het coronavirus te beheersen zouden weleens druk kunnen zetten op de wereldeconomie, al is het nog vroeg om de precieze impact ervan te voorspellen.

De eerste Amerikaanse bedrijven komen donderdag al met jaarcijfers. Het is eerst de beurt aan Delta Airlines en vrijdag komen de financiële giganten BlackRock, Citigroup, JPMorgan en Wells Fargo naar buiten.

Beleggers hebben later vandaag nog oog voor de vrijgave van de wekelijkse steunaanvragen in de VS.

Stijgers en dalers

Op de eerste rij ging Melexis aan kop met een plus van 1,5 procent, Sofina daalde dan weer 2,3 procent.

Deutsche Bank verlaagde het koersdoel voor Telenet met een euro naar 41,00 euro. Het Houden advies bleef gehandhaafd. Het aandeel gaf een beperkte 0,1 procent prijs.

GBL stelde Jens Riedl aan als Investment Partner voor haar investeringen in private activa in Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland. Het aandeel van de investeringsmaatschappij daalde 0,2 procent.

Op de tweede rij was Ontex de winnaar met een plus van 2,8 procent. De luierfabrikant publiceerde donderdagochtend een persbericht met klimaatambities waaronder koolstofneutraliteit tegen 2030.

Kepler Cheuvreux verlaagde het advies op Biocartis van Kopen naar Houden en het koersdoel van 6,00 naar 4,00 euro. Volgens Kepler is het pad richting winstgevendheid lastiger dan verwacht, terwijl de kaspositie slinkt. Het aandeel daalde 5,1 procent.

In de BelSmall index steeg Vastned Belgium 3,4 procent en stond net als in de BelMid een diagnosticaspeler helemaal onderaan, namelijk MDxHealth met een verlies van 1,8 procent.

© ABM Financial News; info@abmfn.nl; Redactie: +31(0)20 26 28 999; Disclaimer