Door de deal zullen 3.500 werknemers van Monte dei Paschi die relatief dicht bij de pensioengerechtigde leeftijd zitten, tegen 30 november met pensioen gaan via een genereuze regeling voor vervroegde uittreding, die door de geldschieters in Italië wordt gebruikt en door de afzonderlijke banken wordt gefinancierd.

Personeelsleden die van de regeling gebruik maken, ontvangen 80% van hun nettoloon gedurende maximaal zeven jaar. Het percentage stijgt tot 85% als zij minder dan 2.850 euro per maand verdienen.

Degenen die intekenen zullen ook de voordelen voor de gezondheidszorg behouden en de gunstige leningsvoorwaarden die gedurende de periode voor de werknemers gereserveerd zijn, behouden.

Het dure akkoord blaast de rekening op voor de Italiaanse belastingbetalers, die in 2017 5,4 miljard euro uitgaven om Monte dei Paschi te redden en nu bijna tweederde van een nieuwe cash call van 2,5 miljard euro voor hun rekening moeten nemen.

Monte dei Paschi, dat geen onmiddellijk commentaar had, zal naar verwachting meer dan een derde van de opbrengst gebruiken om de uittredingen te financieren.

De staat zal aan de kapitaalsverhoging bijdragen op basis van zijn 64%-belang in de bank.

Het bijeenbrengen van de rest van het geld van investeerders na de zomer zal naar verwachting een uitdaging blijken voor CEO Luigi Lovaglio, gezien de moeilijke marktomstandigheden.

FABI zei dat de vakbonden in de toekomst met Monte dei Paschi zouden overleggen over nieuwe aanwervingen om 50% van de uittredingen te vervangen in de loop van een bedrijfsplan tot 2026.

Lovaglio, die in februari het roer overnam bij MPS, onthulde vorige maand het nieuwe plan, nadat het ministerie van Financiën er vorig jaar niet in was geslaagd een verkoop aan UniCredit te bewerkstelligen en van de EU een verlenging van de privatiseringstermijn had moeten verkrijgen.

Het laatste akkoord met Brussel, met de verlengde termijn en nieuwe herstructureringsdoelen, werd dinsdag bekendgemaakt, vooruitlopend op Lovaglio's eerste reeks resultaten op vrijdag.