Neem bijvoorbeeld ons vorige commentaar op de resultaten van de zomer van 2023. We wezen toen op een gebrek aan groei en een pijnlijke margedruk, ondanks een sector die zich had geconsolideerd tot een grotendeels oligopolistische markt.
Deze elementen kwamen bovenop een waardering die we als onredelijk beschouwden, en die de afgelopen achttien maanden terrein heeft verloren. In deze context was het geen verrassing dat CEO Olivier Le Peuch de voordelen van een expansiestrategie gericht op overnames prees, noch dat de laatste transactie van dit type — de overname van ChampionX — in aandelen werd gefinancierd.
Schlumberger slaagde erin om in 2024 een vrije kasstroom van 4 miljard dollar te genereren en keerde vervolgens 3,3 miljard dollar terug aan zijn aandeelhouders — 1,55 miljard dollar in de vorm van dividend en 1,75 miljard dollar in de vorm van aandeleninkoop. Daarnaast werd 571 miljoen dollar aan schulden afgelost, wat terecht kan worden beschouwd als kapitaalteruggave aan de aandeelhouders.
Le Peuch verwacht dat 2025 onder vergelijkbare omstandigheden zal verlopen, met opnieuw minstens 4 miljard dollar aan kapitaal dat aan de aandeelhouders wordt teruggegeven. Het bedrijf, dat een beurswaarde van 60 miljard dollar laat optekenen, beschouwt zichzelf in dit opzicht als ondergewaardeerd op de beurs.
In 2024 heeft een versneld aandeleninkoopprogramma al 2,7 % van de uitstaande aandelen tegen een gemiddelde koers van 45 dollar uit circulatie gehaald. Vanuit dit perspectief is de situatie curieus en de waardering inderdaad zeer aantrekkelijk.
De vraag is op welk punt in de cyclus Schlumberger zich bevindt. Het bedrijf behaalt zijn beste operationele winst in tien jaar, zeker, maar deze blijft ver onder het niveau van elf jaar geleden, terwijl de omzet niet is gegroeid.
Is het riskant om hier een hoogcyclisch veelvoud te extrapoleren? Dat is de vraag die een potentiële belegger moet beantwoorden. De markt lijkt voorlopig zijn keuze te hebben gemaakt.
Strategisch gezien verbaast het sommigen dat Schlumberger hardnekkig weigert Rusland te verlaten, ondanks de druk van het Amerikaanse Congres en het feit dat Baker Hughes en Halliburton hun activiteiten daar hebben beëindigd, althans ogenschijnlijk.
Schlumberger heeft inderdaad een lange traditie van opereren op diverse, als moeilijk bekendstaande markten — bijna een eeuw geleden werkte het al in de USSR van Stalin — en onder andere, min of meer toegankelijke omgevingen.
Men kan zich echter afvragen of deze positie houdbaar blijft. Een zonder meer cruciale vraag, aangezien deze capaciteit om te opereren waar anderen dat niet doen essentieel is voor het bedrijf. In 2024 vertoonde de binnenlandse Noord-Amerikaanse markt namelijk geen groei, ondanks de piekactiviteit in de grote bassins van Texas.