De Commissie, die toezicht houdt op het handelsbeleid van de Europese Unie van 27 landen, zei dat China zijn rechtbanken de bevoegdheid had gegeven om wereldwijde tarieven vast te stellen voor hightechbedrijven in de EU, met name in de telecomsector.
"Dit zet innovatieve Europese hightechbedrijven onder druk om hun tarieven op wereldwijde basis te verlagen, waardoor Chinese fabrikanten op oneerlijke wijze goedkopere toegang krijgen tot deze Europese technologieën", aldus de Commissie in een verklaring.
De zaak gaat over essentiële standaardoctrooien (SEP's), die technologieën beschermen die essentieel zijn voor de productie van goederen die aan een bepaalde norm voldoen, zoals 5G voor mobiele telefoons.
Europese SEP-houders zijn onder andere Nokia en Ericsson.
De Commissie heeft om overleg met China gevraagd, de eerste stap in de WTO-geschillenbeslechting. Als er binnen 60 dagen geen bevredigende oplossing wordt gevonden, kan de uitvoerende macht van de EU vragen om de oprichting van een arbitragepanel.
Panelprocedures nemen gemiddeld 12 maanden in beslag.
De Commissie zei dat de zaak verband hield met een ander geschil dat de EU in 2022 bij de WTO had aangespannen in verband met Chinese verbodsacties, die houders van telecomoctrooien beperken in hun mogelijkheden om IP-rechten af te dwingen bij niet-Chinese rechtbanken, met de dreiging van hoge boetes als ze dat doen.
Het panel dat die zaak behandelt, zal naar verwachting in het eerste kwartaal van dit jaar zijn eindrapport uitbrengen.