Een Amerikaanse bankregulator overweegt een strenger kader voor de manier waarop grote vermogensbeheerders zoals Blackrock en Vanguard kunnen bewijzen dat ze geen invloed uitoefenen op banken waarin ze grote belangen hebben.

De Federal Deposit Insurance Corporation stemde dinsdag voor een voorstel waarmee de instantie meer invloed zou kunnen uitoefenen op de vraag of vermogensbeheerders of andere bedrijven die grote belangen in banken nemen, onder strengere regelgeving en strenger toezicht moeten komen te staan.

Ambtenaren van het agentschap gaven ook aan dat ze mogelijk de bestaande zogenaamde "passiviteitsovereenkomsten" met grote vermogensbeheerders gaan herzien, met de nadruk op meer toezicht door de FDIC op hun toezeggingen om geen actieve rol te spelen in het beheer van banken.

Volgens de wet kunnen derden die een belang van meer dan 10% in een bank verwerven, beschouwd worden als een controlerend belang in de bank en onderworpen worden aan strengere regelgeving en toezicht. Maar bedrijven kunnen deze beperkingen omzeilen door middel van zogenaamde "passiviteitsovereenkomsten", waarin de investeerder zich tegenover toezichthouders verplicht om geen invloed op de bank uit te oefenen.

Volgens het voorstel zou de FDIC een bestaande vrijstelling schrappen waarbij het agentschap nieuwe grote investeringen in banken niet beoordeelt, zolang de Federal Reserve voor die aanpak heeft getekend.

"Het is zeer ongepast dat de FDIC afstand doet van de verantwoordelijkheid die het Congres ons heeft toevertrouwd om het eigendom en de controle te beschermen van de banken waarop wij toezicht houden," zei Rohit Chopra, directeur van het Consumer Financial Protection Bureau en een FDIC-bestuurslid.

FDIC-voorzitter Martin Gruenberg steunde ook het voorstel, dat ook bredere feedback wil over de rol van vermogensbeheerders die grote belangen in banken nemen.

Los daarvan deed FDIC-commissaris Jonathan McKernan een voorstel om FDIC-medewerkers opdracht te geven bestaande passiviteitsovereenkomsten voor sommige grote vermogensbeheerders te herzien en ervoor te zorgen dat de FDIC de capaciteit heeft om toezicht te houden op de verplichtingen die deze bedrijven aangaan. Volgens zijn plan zou de FDIC ernaar streven om nieuwe overeenkomsten met deze ondernemingen te sluiten die de huidige praktijk van zelfcertificering door de ondernemingen zouden afschaffen en toezicht door de FDIC zouden vereisen.

McKernan heeft dit voorstel echter niet ter stemming voorgelegd nadat Gruenberg had aangegeven dat hiervoor geen formele actie van de raad van bestuur nodig zou zijn. Gruenberg voegde eraan toe dat hij openstaat voor een herziening van bestaande overeenkomsten, met de nadruk op het beëindigen van de praktijk van zelfcertificering.

Desgevraagd zei Gruenberg dat hij verwachtte dat kennisgevingen om te beginnen met het herzien van bestaande overeenkomsten binnenkort zouden kunnen plaatsvinden.

De actie van de FDIC komt op een moment dat sommige beleidsmakers zich steeds meer zorgen maken over de groeiende aanwezigheid van grote vermogensbeheerders in de banksector, gedreven door de groei van indexbeleggen, en wat dit zou kunnen betekenen voor het beheer van banken. In zijn opmerkingen merkte Chopra op dat BlackRock en Vanguard samen meer dan $17 biljoen aan activa beheren, met belangen die groot genoeg zijn om strenger toezicht te eisen.

Een woordvoerder van Blackrock gaf geen commentaar. Vanguard zei in een verklaring dat het een "constructieve dialoog" wil met toezichthouders over passieve beleggingen.

Woordvoerders van deze bedrijven gaven niet direct commentaar op de acties van de FDIC.

Maar de sector heeft zich al snel kritisch uitgelaten over dit onderzoek en het ongerechtvaardigd en belastend genoemd.

"Het is alarmerend om te zien dat de FDIC voorstelt om het huidige kader te herzien zonder dat er een duidelijk probleem is vastgesteld," zegt Eric Pan, CEO van het Investment Company Institute, dat vermogensbeheerders vertegenwoordigt. "Wij vrezen dat de FDIC de beleggingsfondsenindustrie vraagt om een negatief feit te bewijzen, door een gebrekkige basis te leggen voor het opleggen van schadelijke beperkingen en bureaucratie aan beleggingsfondsen en het verhogen van de kosten voor Amerikaanse beleggers." (Verslaggeving door Pete Schroeder en Davide Barbuscia Redactie door Nick Zieminski)