De beste spelers onderscheiden zich met een superieure bedrijfscultuur, uitmuntendheid bij de aanwerving en een brede waaier aan competenties. Er heerst echter een harde concurrentie die het vermogen beperkt om de prijzen te bepalen, hoewel dat gegeven wordt gecompenseerd door een bijna onbestaande kapitaalbehoefte, nog in de hand gewerkt door een kostenstructuur die naar believen kan worden aangepast aan de hoogten en laagten van de conjunctuur.

Grafiek Alten

Alten werd opgericht en wordt geleid door de uitstekende Simon Azoulay. Het bedrijf, de eeuwige rivaal van landgenoot Altran, onderscheidt zich op alle bovengenoemde vlakken: het geniet een schitterende reputatie bij zijn cliënteel, handhaaft inzake rendabiliteit een strikte kostenbeheersing waardoor het bij de besten behoort, en is actief in goeddraaiende marktniches. De vraag naar engineeringdiensten is immers nog nooit zo groot geweest.

Bij Alten vallen twee lovenswaardige elementen op. Zo is er de goed beheerde diversificatie, zowel internationaal (nu goed voor een derde van de omzet) als buiten de automobielsector en de luchtvaart, vroeger de twee dominante sectoren in het aanbod. Daarnaast werd een mooi groeitraject aangehouden, zowel van organische als van externe aard, daar waar anderen bij gebrek aan organische groei gingen overdrijven met externe groei.

Het financiële plaatje valt gemakkelijk te schetsen: de omzet is de afgelopen tien jaar gegroeid met zo'n 10 % op jaarbasis terwijl de exploitatiemarges, inclusief afschrijvingen, op 10 % zijn gebleven, wat ook het geval is bij andere middelgrote spelers met een degelijk beleid. Een mastodont als Accenture neigt naar de 15 % vanwege de schaal, terwijl de adel van de adviessector - de investeerders - tussen de 20 % en de 30 % liggen. 

De balans van Alten is uitstekend: men treft er alleen vlottende activa aan, te weten contanten en facturen uitgereikt aan grote groepen, die als kas-equivalenten kunnen worden beschouwd. Deze vlottende activa dekken alle passiva. Het bedrijf maakte nooit schulden en voerde nooit kapitaalverhogingen door omdat de groei volledig met eigen middelen werd gefinancierd. Kantoren en IT-apparatuur buiten beschouwing gelaten, is de kapitaalintensiteit uiterst laag. Er wordt niet geïnvesteerd in vaste activa en het werkkapitaal is onbeduidend klein. Er vindt een optimale omzetting in vrije cashflow plaats.

Een lectuur van de cijfers zorgt evenmin voor verrassingen en maakt een goede beoordeling van de allocatie van het kapitaal mogelijk. In het afgelopen decennium werd een kasstroom van 1,3 miljard euro gegenereerd uit de bedrijfsactiviteiten, wat aanzienlijk meer is dan de som van de nettoresultaten. Deze zijn immers bezwaard met afschrijvingen, niet-kaskosten die een erfenis zijn van acquisities. Het werkkapitaal en de capex verbruikten samen minder dan 300 miljoen euro. Voor de periode 2010-2020 hebben we het - afgerond - over een cashwinst van in totaal 1 miljard euro.

Twee derde daarvan werd opnieuw geïnvesteerd in acquisities die over het algemeen goed werden geïntegreerd. Het resterende derde werd uitgekeerd in de vorm van dividenden. Het management van Alten moet voortdurend twee erg verschillende beslissingen nemen, hoewel het in de praktijk de twee combineert: overtollig kapitaal terugbetalen aan de aandeelhouders via dividenden en het terugkopen van aandelen, of blijven streven naar externe, vooral internationale groei. Het is uiteraard de kwaliteit van deze afwegingen - en de handhaving van de juiste bedrijfscultuur - die bepalend zal zijn voor de toekomstige waardecreatie voor aandeelhouders.

Dankzij het middelgrote karakter van het bedrijf blijft Alten goed gepositioneerd om te groeien. Alten is immers niet langer "klein" en daardoor niet meer gedwongen blootgesteld aan het risico dat verbonden is aan een cliënteel die uit een klein aantal grote klanten bestaat. Het bedrijf verwierf een kritische massa die het mogelijk maakt één of meer werkelijk transformerende acquisities te doen maar bereikte nog niet het stadium waarin er geen echt boeiende groeialternatieven meer zijn waardoor alleen de optie van een maximaal rendement op kapitaal overblijft. Dat zou op zich geen probleem zijn, hoewel dit vaak een ongunstige weerslag heeft op de bedrijfscultuur. Het bedrijf wordt in dat geval immers een soort van renteniersbedrijf.

Er zij op gewezen dat de moeilijke economische situatie van vorig jaar is aangegrepen om een recordaantal overnames te realiseren, en wel op bijzonder opportunistische wijze. Die recente ontwikkeling laat ons toe het voornaamste risico van een belegging tegen deze koers te onderstrepen, namelijk het geval waarin een grote externe groei-operatie mislukt. Andere risico's zijn een verslechtering van de bedrijfscultuur - een grote klassieker in het genre - of, zoals wij eerder schreven, een mogelijke neiging van het management om trage organische groei te verbergen onder een vernisje van overnames - nóg een klassieker in het genre.

Het succes van Alten pleit in dit stadium in ieder geval voor een motie van vertrouwen. Bij 12 keer de ebitda die volgend jaar wordt verwacht en een genormaliseerde kaswinst van minder dan 15 keer blijft het stijgingspotentieel reëel als het herstel post-covid zich doorzet. In het slechtste geval zetten wij in op een snelle aanpassing van de kostenstructuur - bescheiden geformuleerd - en een reeks acquisities tegen een goede prijs, die de toekomstige groei moeten garanderen.

Dat is dan ook de reden waarom MarketScreener het aandeel toevoegde aan zijn Europa-portefeuille, ondanks het enigszins verontrustende gegeven dat verschillende leden van het management herhaaldelijk eigen aandelen verkochten.