Energie: de opleving van de olieprijzen zette zich vorige week voort, zij het zonder al te veel enthousiasme. De Europese brent steeg licht naar 77 USD, terwijl de Amerikaanse tegenhanger, de WTI, rond de 73 USD per vat bleef hangen. Ondanks de wisselende sfeer rond risicovolle activa profiteerde aardolie van enkele positieve berichten, vooral uit de Verenigde Staten. Ten eerste daalden de olievoorraden aanzienlijk met 12,5 miljoen vaten, terwijl economen een toename van 1,9 miljoen vaten hadden verwacht… Bovendien bevestigen de laatste boorgegevens uit de VS een vertraging van het aantal actieve boorinstallaties. Amerikaanse producenten kiezen dus voor voorzichtigheid op middellange termijn, terwijl waarnemers net een krappere oliemarkt verwachten in de tweede helft van het jaar.

Metalen: pas op, ook hier glad ijs… Het is moeilijk om de neerwaartse spiraal te doorbreken die de industriële metaalsector hard treft. De oorzaken zijn gemengde economische gegevens uit China, een stijgende dollar en een toename van risicoaversie. Koper wordt nu verhandeld tegen 7.900 USD per metrische ton op de LME, terwijl het een maand geleden nog bijna 9.000 USD bereikte. Dezelfde trend geldt voor zink (2.222 USD), nikkel (21.000 USD) en tin (24.500 USD). Goud, onder druk door de stijgende Amerikaanse dollar, slaagt er niet in om te herstellen en stabiliseert rond de 1.950 USD.

Landbouwproducten: het Amerikaanse ministerie van Landbouw (USDA) heeft zijn eerste voorspellingen voor de Amerikaanse graanproductie voor het seizoen 2023/2024 bekendgemaakt. De trend is duidelijk: de oogsten zullen overvloedig zijn. SDe USDA verwacht een recordproductie van maïs van 15,3 miljard bushels, een stijging van ongeveer 10 % op jaarbasis. De vooruitzichten voor tarwe zijn minder rooskleurig, aangezien het Amerikaanse aanbod rond de 1,65 miljard bushels zou moeten stabiliseren. Tegelijkertijd dreigt Rusland het akkoord over de export van Oekraïens graan niet te verlengen als zijn eisen met betrekking tot de export van graan en meststoffen niet worden ingewilligd. In Chicago stabiliseren de tarweprijzen rond de 610 cent per bushel. Wat maïs betreft, zijn de prijzen ondanks het laatste USDA-rapport gestegen naar 590 cent per bushel.